Kortrijk lanceerde bijna een jaar geleden het grondig uitgewerkte Masterplan Bomen, met daarin een langetermijnvisie voor een klimaatrobuuste en gezonde stad.

Katrijn Loosveldt van Stad Kortrijk en Bregt Roobroeck van Hogeschool VIVES kwamen de eerste concrete resultaten van het plan voorstellen op onze recente studiedag in Brussel.

Met het plan wil Kortrijk veel beter scoren op biodiversiteit, schaduw tegen hitte, waterbeheer en leefkwaliteit. Samen met bewoners en experten zoekt men naar de juiste boom op de juiste plek. Het plan bevat voorts concrete acties per wijk en tools voor een heldere monitoring.

Voor meer detail over het plan en inspiratie over de aanpak, verwijzen we graag naar de website van Kortrijk.

Wij willen hier vooral belichten hoe men het plan op middellange termijn gaat blijven monitoren en welke parameters Kortrijk daarvoor gebruikt.

Heldere monitoring

De monitoring start bij de 3+30+300-regel, waarbij vooruitgang op elk van de drie onderdelen elke zes jaar gemeten wordt. Voor het aspect “300” bedacht Kortrijk de mooie term “parktoegankelijkheid”, wat goed past bij hun stedelijke context.

Daarnaast beoordeelt Kortrijk hoe divers het bomenbestand is, wat het bomenbestand veerkrachtiger maakt tegen ziektes, plagen en de sterk toegenomen onvoorspelbaarheid van weer en klimaat.

Kortrijk mikt onder meer op zogenaamde eeuwbomen, bomen die meer dan 100 jaar zullen leven, en monitort de vooruitgang op dat vlak met de zogenaamde duurzaamheidsindex.

De twee resterende KPI’s gaan na hoeveel aangeplante bomen het niet overleven binnen het jaar en telt het aantal klachten van burgers, zoals bladval en worteldruk, over bomen die de stad beheert. Beide parameters worden verondersteld om te dalen tijdens de komende twee decennia.

Een effectief plan

Gewoon veel bomen planten is niet het doel van een bomenplan. Een effectief plan dient om de leefbaarheid van een stad of gemeente te verhogen. Dat kan door heel doelgericht om te gaan met openbaar groen, met privégroen en regelmatig te meten of de objectieven dichterbij komen.

Bovendien heeft Kortrijk goed nagedacht over de parameters. Ze liggen volledig in lijn om de meest positieve effecten uit bomen en openbaar groen te halen.

Heb je vragen, wil je ervaringen uitwisselen of wil je met 3+30+300 aan de slag in jouw stad of gemeente? Neem gerust contact op.

3+30+300 in het kort

De 3+30+300-regel is een steeds meer gebruikte internationale graadmeter, ontwikkeld door de Nederlandse professor Cecil Konijnendijk. Het moet beleidsmakers helpen om de leefbaarheid in verstedelijkte gebieden te verbeteren. Samengevat houdt deze regel in dat er drie bomen zichtbaar moeten zijn vanuit elk pand, dat er 30% bladerdek aanwezig is en dat er tot slot een park of groene ruimte van minstens een hectare te vinden moet zijn binnen de 300 meter van elk pand.

Het Agentschap voor Natuur en Bos heeft de 3+30+300-regel aangenomen als leidend principe voor de inrichting van het landschap.

Bitnami